zaterdag 2 april 2011

Tijd voor de voorstelling

Beste Lezers,
Ik ben Bas, voor het gemak houd ik dat zo. Het is vandaag die zonnige zaterdag op
2 april 2011. (lees je dit in 2012) dan herinner je deze dag nog wel! Buiten stijgt het kwik naar hoogten die als aangenaam worden ervaren. Ik heb er vandaag in ieder geval moeite mee me in te denken dat ik een paar maanden geleden nog schuifelend over straat hobbelde, op mijn hoede dat ik mijn hoofd niet brak op aangekoekt ijs en bevroren drolletjes. gelukkig is dat uitgebleven.

Goed, gesteld is dat het vandaag stralend weer is. Wat doe ik dan binnen achter mijn laptop? Waarom ben ik niet met vrouw en kind naar de Efteling om daar te genieten van dit weer? Omdat ik, beste lezer, de tijd rijp acht mijzelf aan u voor te stellen. Er staan vele gedichten hieronder die geplaatst zijn zonder dat ik mijzelf heb voorgesteld. Gisterennacht kwam het mij over als onrechtvaardig. Eerst een sigaret opsteken en dan vragen of je wel mag roken, of schunniger, dat kan ook. Laat de strekking duidelijk zijn.

zoals hierboven reeds staat ben ik Bas, de leeftijd van 31 jaar, afgestudeerd beeldend kunstenaar en thans ambtenaar in dienst van het rijk. Het kan raar lopen. In 2005 ben ik afgestudeerd aan de academie voor beeldende kunsten (AKV St-Joost te Breda)en hetzelfde jaar ben ik begonnen als ambtenaar. Op dat moment waren daar moverende redenen voor en die lagen vooral in de huur van het appartement in de binnenstad van Den Bosch, en het eten wat ik elke avond liet brengen.

Inmiddels zijn we zes jaar verder. Met het kunstenaarschap, dan wel het beeldende aspect, ben ik het grootste gevoel kwijt. Ik kan me om deze reden dan ook geen kunstenaar meer noemen. Het beeld van de kunstenaar en zijn concepten en ateliers heb ik te romantisch ingeschat. Ik heb -zoals men dat noemt- geen pro-actieve houding. Overigens wil dit niet zeggen dat ik onverdienstelijk werk heb gemaakt. Maar heden ten dage is een kunstenaar niet meer het werk alleen. Het is een constant netwerk alwaar je op je hoede moet zijn, en altijd goed moet kunnen anticiperen en een groot inlevingsvermogen moet hebben in anderen. Ik ben daarofwel te egoïstisch voor of gewoon -misschien wel- een beetje laf en niet daadkrachtig genoeg. Ik val hier het kunstenaarschap niet mee aan, het is een prachtig bestaan, en met enige jaloezie volg ik de projecten van de kunstenaars die ik ken. Helaas alleen zijdelings.

Zoals vermoedelijk alle -aspirant- schrijvers heb ik altijd van literatuur gehouden, en dus ook van het schrijven. De verhalen van de middelbare school zitten in een grote koker op mijn atelier. In die koker bevindt zich een schrift met daarin mijn eerste stappen richting de poëzie. de Dodo Didus Eneptus-een hele mond vol dus- ooit geleefd maar nu gestorven. Nu ben ik een kleine 15 tot 20 jaar verder. Geen kunstenaar meer. Een ambtenaar in dienst van het Rijk. Maar dat schrijverschap, een korte column in gratis dagblad de Pers de stukjes voor collega's en de publicatie in Dansen op de maat van het ogenblik zetten mij aan het denken...
en dus denk ik voort.

Ik mag aannemen dat u hieraan voldoende hebt.

Hieraan wil ik tot slot nog toevoegen,
dat ik van u houd :-)

Bas Geeraets

1 opmerking: