zondag 11 maart 2012

11-3-2013

Waar ik gember sneed,
Met handen die rode peper proeven
En het zilt de dag tilde.

Daar is pruttelend jade,
In schittering van mijn hoofd

Je kunt zeuren over melancholie
Over de esoterische krachten
In het hoofd
Vanuit de ziel

Maar dit is anders
De lente
Het vermoeden
De drang voorwaarts
Dat ken je

Als hagelslag
Of je koffie
Thee

Waar ik peper sneed
Roken vingers naar gember
En jade rustig op mijn hand
Was ik buiten

Voor ik binnen was.

1 opmerking:

  1. Dag Bas,
    Nadat ik gisteren genoot van je voordracht is het fijn dat ik dit gedicht nog eens na kan lezen hier. Mooi!!
    Beetje vervreemdend wel dat je het publiceerde in 2013 en dat ik het lees in 2012 :-)
    Hartelijke groet en geniet van je nieuwe 'status' als dichter van Veghel.
    svara

    BeantwoordenVerwijderen