zaterdag 1 september 2012

Voor @JohnSchop

Normaal doe ik dit niet
Het schrijven naar opdracht
Niet iets waar ik van geniet

De dagen zijn mij te kort
De pril, te teder
Voorbij, voordat ik een volgend woord
heb opgesnord


Maar John Schop
In een wandelgebied hier ver vandaan
Die staat er op

Wie ben ik dan dat te weigeren
Mijn kont tegen de krib
En te steigeren

Dus met mijn goudgele Bavaria
In een Dönerzaak op de Witte te With
Blijf ik liever Paria
Waar nog wat pit in zit

zondag 11 maart 2012

11-3-2013

Waar ik gember sneed,
Met handen die rode peper proeven
En het zilt de dag tilde.

Daar is pruttelend jade,
In schittering van mijn hoofd

Je kunt zeuren over melancholie
Over de esoterische krachten
In het hoofd
Vanuit de ziel

Maar dit is anders
De lente
Het vermoeden
De drang voorwaarts
Dat ken je

Als hagelslag
Of je koffie
Thee

Waar ik peper sneed
Roken vingers naar gember
En jade rustig op mijn hand
Was ik buiten

Voor ik binnen was.

zondag 6 november 2011

In dat moment

Tranendal in Oostenrijk
Schieten lachsalvo 's niets mee op
Wenen ligt elders
Om de hoek

Bij passanten voel je het
Niet zo
Immers buiten de grens
Van je stad

Maar onlosmakelijk aan u
Is de vloed van zorgen
De blauwgroene weelde
Ook

Trots als dageraad
Over bistro
Staak ik ferm
Al het andere

In de hoop
Dit nu eens vast te houden

dinsdag 1 november 2011

Muze

In een poging het tij
Rigoreus
Te keren
Bleek zijn wilskracht
Poreus

Om doelen binnen bereik
Te halen
Vroeg hij de hulp
Aan haar
Bleek zijn wilskrach
Als kalk
Te vestigen
Op pijpen van
Bestaan

Zijn stappen voorwaarts
Ononderbroken
Zit zij naast hem
Als ondertiteling van
Gemoed

Noemend haar
Muze
Keerde tij.

zondag 23 oktober 2011

Op de A2 loert file

Op die plek zit ze
afgesproken in licht
Verkeersopstopping
Haar gedachte
Als de vreemde toestapt.

Door de avond dansen lichtjes
Spotjes stof, draaien olijk
Fragiel als suikerspin
Met de vreemde.

In climax zit geen zonde
Bezoedeling van haar
Geschiedt niet.

Zo neemt de vreemde gedachten
Zet ze om in één

vrijdag 21 oktober 2011

Vicaris

Laat ik beginnen met je zilt verweerde haar.
Strooizand kleeft voor jou ook aan bruine benen
Net kippenvel lief

Ik proef je door mijn eten - warm met smaak bereid
Je verschijnt in alle smaken roze en blauw
Als rijp fruit lief

Ik hang dan ook in je haakse bochten over strand
Opspattend grind om de wangen doen jou ook zeer
Gelijkend mij lief

woensdag 19 oktober 2011

dag.

Met mijn vinger
strijk ik
de poppenkleertjes
die los hangen
om je

als enkele letter
op leeg formaat
gestanst
je typografie
karakter

gehurkt aanschouw
ik de miniatuur
leg hem teder
in stilte
stil ik je

natuurlijk
vanzelfsprekend
koester ik
als veraf, groener
kus ik je

vaarwel

Hier

daar vrees je
op de greppel
van zijn en blijven
en voelen
of weggaan

Daar doet alles pijn
en twijfel je
in desperate poging
je te hervatten
rechtop te zetten

daar in twijfel
daar in vrees

Daar woelend in dekens
in afwachting voor

daar in het einde
worstelend met
vlees en benen
die verkrampen
en ontspannen

en gerommel in je maag
daar.

Daar waar vrede niet is
kan zijn
kortstondig
als weelde

pijnlijk kan altijd
anders geformuleerd
daar

daar waar onlosmakelijk
desolaat is

daar waar jij dient te zijn

daar waar ik aan je denk

daar waar jij
antwoorden
en bevestiging
en rust
weemoed
biedt

daar waar we eten
en lachen en lol
en stadia door
stappen
daar

Daar waar eigenlijk
evangelie is
en zegt hoe
te

daar waar rollend
en grollend
tranen trekken

vanaf de kin
trillend daar

daar waar niemand
is waar jij posteert

je grond bewaakt
daar waar je vaststaat

Jij

daar waar liefde
is
en onzekerheid

daar toch
zie ik je daar.
Daar de glimlachende
Daar de zon die aura
Slaat om ziel om silhouet
Slaat dag hardhandig

Daar de nacht
Daar de glimlachende
Slaat zijn drank
Slaat op tafel

Daar ik
Daar de ander
Slaat brug
Slaat of tikt gedag

Notitie

Op mijn blaadje
In schrift
Westers
Losse woorden
Gekrabbel
Van een pen

Een datum prijkt
Maar lang geleden
Als een flatgebouw
Of korte vlammen

Het notoire roken
De pret van tanden
Berg met glijbaan
Een poosje sloofje

De zigeuner

Toen ik ophing
Maanden later
Was er cohersie
In ons gesprek.

Dit mijn notitie

Op een rieten stoel

Robijnrode middag
Je kent dat wel
Nog voor de schemer

Geroezemoes op straat
Bundels tekst in brij
Sierlijk geschreven

Alleen zit je
Met zonneschijn
Te wachten op aanspraak

Slokje drank
Haal je sigaret
Knie op knie geschoven

Nog een bestelling
Robijnrood


maandag 17 oktober 2011

Als tijdmanipulator

Ik manipuleer tijd
ben altijd wachtende
dagen duren langer

ik stop ze niet. Mijn wachters;
laat ze maar
sommige momenten

ze moeten in weelde
angstvallig vasthouden
afgooien wijs ik ze

uitkijken naar
er is altijd iets
wachters

zondag 16 oktober 2011

14-26

over mijn vingertoppen
glijdt een rustiek papier
van Couperus

het glas van mijn Iphone

de toetsen glijden weg

smelten samen
in woorden
als niets er toe doet

als je leeg bent

zondagmiddag

De band strakker om het hoofd
is er rust en liggen uitgestrekte uren
het hoofd loopt om
is op plekken geweest waar de klok
niet vechten kan

In het hoofd springen dansende boeken
betast de playstation drie
twitter en de leesstoel lonkt
als mooie vrouw

de douche druppelt nu al warmte
en het bed ambieert, weegschaal spelen
in het middaglicht van de rust
stoeit hoop voorrang

de sigaretten slopen sloom seconden
de koffie wisselt rode wijn van water
het been trilt op onrust en weelde
in het geding

waar huis lege trui is
en kamer verlaten station
in de hal waar afscheid heerst
denk ik alles te doen
subiet

afnemen

dat de koffie problematisch slap wordt
een soort meelbal in je mond
en dan slikken
terwijl mijn zoon aan het koord van de badjas balanceert
en mijn voeten in ski sokken warmte zoeken
ik had beter twee uur langer kunnen slapen

Dat ik toch voel,

de intrede van de winter
de blaaskaak -klasbak- onoverbrugbare afstand neemt
de koffie wordt thee
wordt water
lauw

beter lag ik twee uur langer in bed

zondag 9 oktober 2011

druif

In alle vroegte,
de ontaarding
schapenwolken
geklopt als slagroom
een kopje verse koffie
net knispert suiker
tussen de tanden
mierzoet
in het bitter

Tussen de dekens
vlinders

Tussen de lendenen
lust

tussen de vreemden
rust

tussen de letters
tussen de woorden
tussen de zinnen

honingzoet
de druif
tussen de dagen
in de droom.

woensdag 18 mei 2011

@aldusgeeraets

Onlangs schudde ik de hand
van Marian Mudder
in prachtig groen
de gelijkenis
was

op mijn gelaat te lezen
waar ik steden betrad
en treinen bekladde
was ik kind
en mikpunt
in een desolaat
groen
zo
klein
als
sprietjes
of vrede
zo broos
was ik angsthaas
en schaamte -ook in die toon

woensdag 27 april 2011

feestje

korte nietszeggende zinnen zwermen om me heen
de patriarch van de avond
trotseert ze allen
ze hangen aan flarden aan hem
weken los bij de minste zucht van wind
of slok drank (die welgeteld 4 in de minuut bedragen)

naast de stoel hoor ik plotsklaps een 'kapotte-klok-opmerking'
op dat ene moment sta ik -even- goed

maandag 25 april 2011

Naast u voel ik me nietig
weet mijn blik niet te ontspannen
ben akelig bewust van mijn houding
als slagschaduw treft u mij


Slechts naast u word ik onvast
drijf weg op een knisperende zee
aan aliminiumfolie- bewust, akelig
bewust van mijn houding

bid ik u dezelfde bus te nemen
dat ook u van boeken houdt
en van eenzame biertjes
met tenen in zand en Nina S.
die liedjes zingt

thans de priemende ogen
die borstjes tussen mijn schouderbladen
drukken- mijn stuwmeer
die sluizen opent

Voor mij is achteruit kijken
geen optie
en schrijf dit gedicht- indien
het die titel mag dragen
'slechts.
om u te imponeren
Het is adequaat opgehouden;
het zoemen in mijn hoofd
De onrust-van wie ik u beticht-

Mijn oren absorberen geen volume
Olifanten stampen niet op watjes
niet meer na de kanonslag

Het vel voelt goed
Rond de billetjes lubbert het
een centimeter of wat is over.

Prettig is het mevrouw prinses;
echter niet de ouderdom is schuldige
Niet onuitwisbaar
of wisselbaar
of oneindig
of een cirkel op een cirkel op een cirkel op een cirkel
of de avenues door New York
Of de konijnenlooop aan onlosmakelijk heidelandschap
of metaforen -Na de dood
of lezen van boeken in huilend licht
of de acné die je teistert in je slaap,
op je school, in je dromen, bij het zoenen, eten, vrijen, drinken, verlangen, kakken en dralen, het doen van de booschappen, je eeuwige eeuwige eeuwige brandende lust die zweet gutst over al je holtes van verlangen-
of als de man-tassendragend
slaafs doet; omdat hij wil en meer wil van al 't andere
of omdat hij de tekenen des schoonheid verkwanselt
of jij, sexy meisje- te hard praten en lachend uit onzekerheid
of de aandacht trekt, je blik, vasthoudt en niet meer laat gaan
of een bal die blijft rollen tot op de klinkerweg waar je maar 30 mag
of deuntjes in je hoofd die de neusholten prikken als ze zich laten afketsen in je schedel en het strottenhoofd in een stroom- tomtie-tom-tom-toom
of hapje eten in een vrij land, zoutloos maar gespekt van kritiek
of je weemoed, die weemoed die toeneemt
zo erg dat je het wegdrinkt en jankt, je knieën op de grond, je hoofd op een lege bank
of je ouders, gescheiden, hertrouwd
of bewust alleen
of zij die de tirannie van de godsdienst er in slaan bij blanco kinderen
of uw dood, waarvan ik ween
of de klasse die reflecteert op je zoete gesuikerde bril
zo teer/ broos
't aangemeten kapsel in perfectie opgebouwd stratenplan
de wegen naar uw centrum
of die lucht om speeltjes
driest rent
gallopeert bij de aanblik
van mij

Mevrouw prinses
zo werkt het niet.

dinsdag 5 april 2011

Dag

Dag,
onrustige
Je kunt niet stilzitten
Oom van de rust

Volgepropt decor
Maskering voor uw slechte
Acteerspel

De souffleur heeft het druk
Dakluikje in door het bot
Zegt nu links

Wolkendek met troep
Vliegt met windkracht 9
Tegen monoloog

Voor u geen rust
dag!

-Bas Geeraets

zaterdag 2 april 2011

Tijd voor de voorstelling

Beste Lezers,
Ik ben Bas, voor het gemak houd ik dat zo. Het is vandaag die zonnige zaterdag op
2 april 2011. (lees je dit in 2012) dan herinner je deze dag nog wel! Buiten stijgt het kwik naar hoogten die als aangenaam worden ervaren. Ik heb er vandaag in ieder geval moeite mee me in te denken dat ik een paar maanden geleden nog schuifelend over straat hobbelde, op mijn hoede dat ik mijn hoofd niet brak op aangekoekt ijs en bevroren drolletjes. gelukkig is dat uitgebleven.

Goed, gesteld is dat het vandaag stralend weer is. Wat doe ik dan binnen achter mijn laptop? Waarom ben ik niet met vrouw en kind naar de Efteling om daar te genieten van dit weer? Omdat ik, beste lezer, de tijd rijp acht mijzelf aan u voor te stellen. Er staan vele gedichten hieronder die geplaatst zijn zonder dat ik mijzelf heb voorgesteld. Gisterennacht kwam het mij over als onrechtvaardig. Eerst een sigaret opsteken en dan vragen of je wel mag roken, of schunniger, dat kan ook. Laat de strekking duidelijk zijn.

zoals hierboven reeds staat ben ik Bas, de leeftijd van 31 jaar, afgestudeerd beeldend kunstenaar en thans ambtenaar in dienst van het rijk. Het kan raar lopen. In 2005 ben ik afgestudeerd aan de academie voor beeldende kunsten (AKV St-Joost te Breda)en hetzelfde jaar ben ik begonnen als ambtenaar. Op dat moment waren daar moverende redenen voor en die lagen vooral in de huur van het appartement in de binnenstad van Den Bosch, en het eten wat ik elke avond liet brengen.

Inmiddels zijn we zes jaar verder. Met het kunstenaarschap, dan wel het beeldende aspect, ben ik het grootste gevoel kwijt. Ik kan me om deze reden dan ook geen kunstenaar meer noemen. Het beeld van de kunstenaar en zijn concepten en ateliers heb ik te romantisch ingeschat. Ik heb -zoals men dat noemt- geen pro-actieve houding. Overigens wil dit niet zeggen dat ik onverdienstelijk werk heb gemaakt. Maar heden ten dage is een kunstenaar niet meer het werk alleen. Het is een constant netwerk alwaar je op je hoede moet zijn, en altijd goed moet kunnen anticiperen en een groot inlevingsvermogen moet hebben in anderen. Ik ben daarofwel te egoïstisch voor of gewoon -misschien wel- een beetje laf en niet daadkrachtig genoeg. Ik val hier het kunstenaarschap niet mee aan, het is een prachtig bestaan, en met enige jaloezie volg ik de projecten van de kunstenaars die ik ken. Helaas alleen zijdelings.

Zoals vermoedelijk alle -aspirant- schrijvers heb ik altijd van literatuur gehouden, en dus ook van het schrijven. De verhalen van de middelbare school zitten in een grote koker op mijn atelier. In die koker bevindt zich een schrift met daarin mijn eerste stappen richting de poëzie. de Dodo Didus Eneptus-een hele mond vol dus- ooit geleefd maar nu gestorven. Nu ben ik een kleine 15 tot 20 jaar verder. Geen kunstenaar meer. Een ambtenaar in dienst van het Rijk. Maar dat schrijverschap, een korte column in gratis dagblad de Pers de stukjes voor collega's en de publicatie in Dansen op de maat van het ogenblik zetten mij aan het denken...
en dus denk ik voort.

Ik mag aannemen dat u hieraan voldoende hebt.

Hieraan wil ik tot slot nog toevoegen,
dat ik van u houd :-)

Bas Geeraets

woensdag 30 maart 2011

Boeken

Willekeurig voor u:

het Schervengericht
Logica voor idioten
Een geschiedenis van God

Magiër
Andy Warhol retrospektive
Tirza

American Psycho
Everything is Illuminated
Karakter

Varkensroze ansichten
Het dolhuis
Brave New World

Het verdriet van België
Jongensjaren
Post Office

Naked Lunch
Duel
Het lijden van de jonge Werther

Nooit meer slapen.

dinsdag 29 maart 2011

dan is het net anders

Lothar was mijn onbetwiste aardsvijand
synchroom voor een prototype D
van mijn vader

Goed is vaak een maskeringswoord
klaarblijkelijk gaat het kut
maar wil ik u dat niet zeggen


Tikkie-Takkie is de Catalaanse variant
van de variant van Sesamstraat
in België op nummer 1.

Waar niemand voorts aan denkt
dat het pseudoniem
van de nacht
het vertier is

zaterdag 26 maart 2011

tot op heden 2011

de 14 treden naar haar appartement;
-zij schone Lybische met Japanse roots
Waren loodzwaar.
Een vertakking van vredige regelmaat
verscheurd in marmer

De catheter uit haar deur
vloeiend de onhebbelijkheden van zondvloed

mijn schoenen -Ik noteer: splinternieuwe All-Stars
pijpen van mijn broek slobberde dorstig

Een paling in het water

De Iphone brak met bereik
wie ik ook nodig had
-DE CENSUUR SLAAT TOE-

niemand twittert mijn naam nog
google schrapt me
voordat ik bezwijk

tijdens mijn klim
naar haar stem -en mijn wereldvrede
smaakte paling nooit zo wrang

zaterdag 26 februari 2011

Het einde van de boekenwinkel

Het einde van de boekenwinkel is in zicht
In een labyrinth van kasten - verloor ik geur
de melange van Russische wodka aan klompen
-de eenvoudige boer met pokdalige neus-
Zuid-Amerikanen die in swingende Merengues een
hese stem, met gegroefd gezicht-een langspeelplaat-
waarop heupen wiegen door geglazuurde asfaltstraten-straten-straten die anderzijds gekraakt blijven hangen, plakken door hitte
'mañana'

de Noord-Amerikanen-want daar gebeurd het- met torenspietsen, opgestapelde neuroten conscentieus het karakter-de roman-en stiel hoger brengen

-ook te lezen op de 52ste verdieping-

Duitsche verboden literatuur, besmet beëindigd het start van het genre -of eeuwigdurende
géne!
Franse loodzwaar in de kelder en 't bassin
Goedgeluimde Vlamingen kwetteren in beleefdheid -ik heb u lief-
de man, vrouw, illustrator, drukker, de Dictator voor Dummies

Het einde van de boekenwinkel is in zicht

Alfabetische rijen opgedeeld in dwarsdoorsnedes
taal en tengere plankjes
van formaat

Het einde van de boekenwinkel is in zicht

Met machete door het oerwoud
zoekend naar verloren stammen van het werkwoord
-FANTASIE-
culturele antropologie links laten liggen
voor het gebrek aan reden

stappend door uw verhaal, en het uwe en die van u mevrouw
-wat zo prachtig is in bed- met uw robe op de grond, het verraad uw postuur nog net

Het einde van de boekenwinkel is in zicht

bij binnenkomst al
waar tafels uw serveren
ontbreekt het domino-effect


schuift u nog aan..

Ode aan Stanislov

de volgende ode - aan Stanislov
slaat nergens op
ik ken hem niet
nooit van gehoord
misschien een despoot
of ergens diep in de Kaukasus
HET standbeeld

De behoefte
een held te aanbidden
om
als
strohalm
op te stappen
te dansen en walsen
naar aanwezigheid

surrogaat Stanislov
soldaat staatspolitie
steenkolenhouder
chirurg
sexsymbool en masse
standbeeld

06:30

Uit de asresten van de vorige dag
klopte ik de deken van me af
trok de vouwen in mijn gelaat recht

in de kiem van de ochtend
konden wij slechts besprenkeld worden
met warm bruin wijwater

aangelengt met suiker en tabaksrook
rezen we op
wrikten luxaflex open
vast door korrelig slagroom

handen pakten voeten vast
op een stenen laminaatvloer

Voor het slapen gaan

Vingertoppen duiken in ijs
Haar koude lichaam
draagt balsem
aan tranen
aan benen
aan de snik

Knielend vraag ik
haar asem
haar lach
onderwijl
duiken vingers in ijs
voor het slapen gaan

beklag aan de glazen pindakaaspot

Soms is het op;
probeer je dat laatste restje
aan Pindakaas
met mes te lepelen
smeren op
volkoren

De woorden schaars
onsamenhangend en onlosmakelijk
aan elkaar verbonden
in niet-zeggen-heid

Ragfijne nagels
grijpen nipt naar
-het moment-
in cohersie
met wat je dacht

Het protesteert, proest
en proeft naar
een boterham
zwak-belegd

maandag 14 februari 2011

Open Sollicitatie

Meneer/ mevrouw
Ik zit hier stilletjes
Donkere kamer met een schemerlamp
Geen muziek, geen teevee
Geen radio
Krijsende kinderen
Kamelendrijvers
Sereen.

Op een stoel meneer/mevrouw
Gemaakt door iemand
Of iets wat capabel is
Ferm onder mijn billen
Met een kussentje
Ik heb het gemakkelijk
Beter dan kamelendrijvers
Sereen.

In alle ruste denkt u
Gemakkelijk ziet u zich voor me
Stilte.

Meneer/ mevrouw

Ik ben een Tahir-plein-strijder op mijn stoel Opkomend voor mijn recht Op een plein Nabij een piramide Maar wel in Nederland gebonden aan veertig regels, Een a4tje Een Curriculum Vitae
Met competenties een kader……………..een hoek/ afscherming als een onverslijtbare grens vastgeroest in een stoeprand de Duitse economie grondstoffen………………en het kind

Meneer/ mevrouw
Ik solliciteer zo graag
Naar een baan met geweten
Waar nog een grens overschreden kan worden.
Geachte meneer/mevrouw
Naar aanleiding van uw openstaande vacature
Wil ik zeggen
Dat ik van het plan ben
En van bloemetjes houd
En graag naar pornografische afbeeldingen kijk
MET sperma
Grote vrouwenbillen in katoenen ondergoed
Ik weet niet wat dat is

Neemt u mij aan

Meneer/ mevrouw,

Hoogachtend. En groetjes en mag ik nog even zeggen
U heeft mooie ogen mevrouw
En uw postuur is imposant
Maar magertjes in de wandel
gangen gebruiken kleur
of kunstenaar
in ’t kantoor…………dan schik je nog eens
over hebben

zondag 13 februari 2011

Voornemens

Dries laat zich niets meer wijs maken
de arrogante onder de geschikte
de futuristische climax
een denderende eclips van onvermijdelijke
zwarte gaten is nabij

apocalyptisch was een onderschatting
de zonden, tragiek van de dag, en weemoed
van dit moment en de geschiedenis
van de toekomst

Dries zet zich schrap
de hakken in het zand persend
de borst stuwend vooruit
de boeg van zijn schip

vanaf de top diens longen
zucht Dries
andermaal

donderdag 10 februari 2011

haar onmerkbare lach
waar wielrenners geen moeite mee zouden hebben


Bij het vertrek
waar ik haar gadesloeg
en bijziend zag
viel het kopje in stukken
tegen het hek
nabij de Alpen
Dat meisje links
staart uit het raam
met hele zware oogleden

De duimen drukken
gebouwen tot de grond
de vuurrode neusvleugels
druppen het laatste restje
aan kerosine

Ze volgt lantaarnpalen
tot aan thuis
waar ze duimen
in haar ogen prikt
en een scheet perst

op pagina 46

Staat een subtiel ode'tje
aan de biet generatie
van Keroe-ek en Burroos

Herlees ik Kampert
Moerakaamie
bestel Ferlinkhetti
twijfel over Poo

Onderwijl de leeslamp aan
staats
nabij
Bas Geeraets

zondag 6 februari 2011

traan maar
rode wijn'
over je blozende wangen
opengeslagen ogen
met ijzig koud licht
over avenue's
van angst

Zelden heb ik je zo gehaat
over de draad
en de stroken wit
naar het asfalt
achter de
laatst overgebleven
horizon
van ons samenzijn
op de kruising
nabij de
kathedraal

woensdag 2 februari 2011

gesprek

Op de vestibule links
liep een man mijn kant op
nam plaats op de bank

Ik bladerde wat verder
trok mijn kraag op

Wat denk je, vroeg hij me
Ik zei geen gedachten te hebben
hij zei, oh, dat voor een poëet
Hij nam een hap van beschimmeld brood

met een vale broek vol vlekken
gelijkend pastinaak
en gekookte witlof
zei ik de man u lijkt wel een maaltijd
















bovenstaand gedicht is opgenomen in de 100 beste gedichten van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd en staat gepubliceerd in de 'bloemlezing' dansen op de maat van het ogenblik

vrijdag 28 januari 2011

Terwijl ik rustig zit
en aan Giza denk
met piramides
en kamelen
en eten met veel vetweefsel
en kraakbeen
aan een van straatgeplukte duif

Aan de ogendokter
veilig in zijn bewaakte apartement
met een paramilitair als door man
met een flatscreen tv
op straatafstand
van the mall resideert

Denk ik automatisch
aan het verkeer
dat de aderen stopt
afklemt
afsterft
aan onze gids
en mijn vriend
die ik niet durfde aan te zien
toen het verkeer ook hem
opslokte
in zijn
onverzadigbare maag

Mo 't spijt me.
In haar Manilla van straten
waar olie pompt
joeg zij geestdriftig
naar wissewasjes
om een oorlog
te ontaarden

In haar pijpleiding
waar olie pompt
lag de kern
haar kwaad
de dictator
te slapen
aan zijn strop

En werd zij
(naam Manilla)
bezocht
als prostituee

zaterdag 15 januari 2011

hij was mijn vader
at gedomesticeerde honden
sporadisch een kat
een parkiet en de vissenkom leeg

Een onverzadigbare carnivoor
die vader van mij

De keffende hondjes
in de ijskast
ten spijt
was mijn vader
een aardige man
zachtaardig

vooral met het mes
Ik teer op mijn dronken jeugd
wakker gemaakt door een knisperende lucht

In een jeukbeen weerklinkt:
de pijn
oppervlakkig schaamrood
rondtrekkende zenuwen
met knapzak
dorstig

In het hoofd:
De mokerslag
een deuntje
de tekst
hiaten
dorstig

Op de telefoon:
14 berichten
twee gemiste oproepen
en 21 verzonden
dorstige wensen
aan jou

dinsdag 11 januari 2011

ooit ging ik naar Japan
In de bergen
de bomen inkt omrand
zo ook de rivier
de rots
het wolkendek

ooit ging ik naar Japan
waar kindjes draafden
tekeningen lieten zien

in handgebaren;
schikte de
matrozenpakjes
tekenend
dat het goed was

in de avonden
na de planken-schoenen
op de bamboemat
inkt omrand
met een kimono
in de hoek

lag ik stereo
te luisteren
naar thuis
op mijn I-pod

zondag 2 januari 2011

Het ruisende licht
benadrukt alleen
dat het koud is

De wind drinkt alleen
na zich te schuilen
in de kleine holte

De nevel rinst
de straten klam
met duizenden stappen

Zo houden ze zich bezig
wind waait
nevel in licht

door toedoen van de regenjas
in de halte van de nacht
stapte ik op haar af
als maanlicht

woensdag 29 december 2010

9 tot 5

In C-Mineur sleet ik over straat
kracht bijzettend met zucht

tanden klapperende casteletto
de woorden braken op de stoep

In lithanie verzonken
schreed ik voort

zaterdag 25 december 2010

Toen bleek dat Monster naar het feest kwam
deed dat De Man besluiten niet te gaan

Na een roerige geschiedenis tussen de twee
was dat niet meer dan normaal

Immers was de relatie danig verstoord
toen Monster diens zoon dood vond
in de armen van De Man

maandag 20 december 2010

De regen klettert als de lekkende vaat
Gelijk een pistoolschot valt een drup in de nek
Over het wervel naar de anus
Gestelpt door de broekriem
Die er al meer heeft opgevangen
Haar klamme handen op heupen
Eenmaal in het openbaar vervoer
Vernauwd het ritme weer
Behaaglijk droogt de broekriem
En stomend passagiers
‘Hutjemutje krijg je het warm’
Zegt een dame op leeftijd
Zij kan het weten
De herfst van het leven.
De Bossche kinderkopjes stralen
Dorps
naar het onvermogen
Om stads te zijn
Ongeacht pretenties
Ongeacht wens en vader
De gedachte blijft
Het provinciale dorp trouw
Het niet stads zijn
Blijft een onverschillige
Neveldamp
Die trillend
Het bewustzijn inademt
En met elke kassei
Die stadse hakken breekt
Sterft de ommuurde
Stad
In het Bossche
Miskent men
De steden
Slechts een Bosschenaar
Heeft het besef
Dat een stad
Besteden is
En prompt een
Etalage die
Bosch pretendeert.

zondag 19 december 2010

Oh cola

Cola is een verademing
na dagen ontroostbaar
afzien

ben ik toch naar de supermarkt gelopen
en in een uiterste poging
heel even gedraaid
voor de deur
van de markt

donderdag 16 december 2010

Een nieuwe busrit

en weer zit ik
op de eerste pagina
van een nieuw
leeg boek
Locatie: Bus
transportplein Eindhoven
Nu niet meer

Liever zit ik met
zoete koffie
en rook in kroeg
niettemin
tijd noopt..


Eindhoven nieuwe boekenstad
Selexys surrogaat voor New York
of een haven voor stad
of turbulentie
of een geluidsbarriere
geknakt door de mensenmassa

alleen te overzichtelijk
te centraal
Beperkt in de omranding
Jaren zonder
karakter
lome put
of pijnlijke krater
waar met duim
en vinger
gebouwen
de lucht in getrokken werden
om een grasmat

Nu.
De tragiek van een busrit
beter op dit moment
is er niet

In mijn tas
een nieuw paar schoenen
Campert en Bukowski
sigaretten en fles sap
twee blokjes
eerlijke chocolade
waar een knalrode lucht
ontkent noch bevestigd
dat het in mijn hoofd
reeds lang nacht is

dit hoofd onderweg naar Veghel
Fysiek
het hoofd snijdt door het leven
en in facet nast facet naast facet zaken scheidt
overlapt in het midden

Mijn hoofd die terugkeert naar Vught
waar geweerschoten
in een loden muur weerklinken
aan het suïcidale spoor

Mijn hoofd naar Den Bosch
waar in striemende stromen bier
de banken, matrassen en vrouwen besliepen

Mijn hoofd naar Loon op Zand
Alwaar op de zonnebaan
dobbelstenen vlogen
over korrels Cóte D'or

Naar Breda
naar waarin 't seminarium
mijn adolecentie geschoold werd
voor de dood
door de vijf facetten van vriendschap
op een verbrijzeld kristal

Mijn hoofd:
Naar Den Bosch, naar Vught, naar Den Bosch, naar Vught, naar Den Bosch, naar Vught,

naar veghel...
waar lege bladzijden 'zich opstapelen
in de loop
van lege boeken

donderdag 4 november 2010

de vraag is wat je wil
de drank door je aderen voelen pompen
zacht beukend op de stronk
tussen je schedel
je nek
en de uitmonding van je strottenhoofd

concentrerend op je volgende zin
is de zin alweer weg
iets over een bepaalde vorm
van esthetiek
of over de ineengezakte unox
en je broek
die zacht steunt op de dos
schaamhaar die je in tijden
niet hebt gewiekt
het is immers winter
en je bent al getrouwd

De rode port staat naast je
sereen te zijn
zacht dobberend in zijn glas
mierzoet
in de nacht
terwijl het scherm
je drank verlicht
en je glas kleur geeft

terwijl ik wel
over sigaretten
elke zin een
een peuk
een saffie
en gruis

roken zullen we allemaal
terug naar de roots
de verjaardagsfeestjes
uitgedroogde filters in een glas

nee dan bedenk je niet ineens iets
als een zachte zondvloed

kom nou toch allemaal
de reden om niet te roken
te drinken
en dat kleine beetje leven wat resteert
te absorberen tot deze momenten

immers zoals ik verpoog te zeggen
is drinken toch de smart van de weerslag
en is het een slapeloos dromen
van een wereld waar je
alles durft te zijn

in deze strofe de sigaret
en denkend aan de val van ceasar
en van Saddam
die erect herleefd wordt
na de eerstvolgende verkiezingen in
2114
als Lenin
en Stalin en chroestsjov

kom nu allen bukowski's en
ansthazen
als salingers of precisie
als
Nabokov

trek in de wereld van het slapen dromen
neem er nog 1
steek een sigaret op bij je drank
en leef dit moment

morgen is altijd een andere dag
daar zijn we onderhevig aan na de nacht
maar neem het er nu maar van
drink up!
verleg je grenzen en laat je gaan

in strofes moet gerookt worden
moeten remmingen wegvallen
moet je kunnen zeggen wat je wil
een reptiel aan schubben
een askolf met wind
spuw het eruit
en blijf bij je zelf
krijs lach
scheeuw
huil
ruk de kleren van je lijf en ben
sla je kop tegen de muur
ruk de haren uit je tengere kop
trek de strop aan
maar laat je nu eens gaan

het is niet moeilijk eenzaam
te zijn
isolatie is het enige
waartegen je bestand kunt zijn

woensdag 3 november 2010

Ik word zelden verlegen
met het schaamrood
naar een betonnen vloer

loeren en kriebelen
aan mijn nek
en wiebelen hé
vooral met mijn voet

Hakkelend
Oh zo hakkelend over
overmatig
spuug produceren
missen en hordes

altijd bij een typisch
academiemeisje.

zaterdag 11 september 2010

Kom nou klinklare blauwe lucht
latex omhulsels die wolkachtig zwijgen
en poep uitspuwen over mij
de onwetende schijthond

Kan ik me niet dronken krijgen
we zullen het zien
ik giet alles in de vetdoorspekte porieën
spuug kots kletterend op de parketvloer
bank doorweekt

alles interesseert me geen ene ruk
terwijl ik in mijn blote stinkaars
gillend op en neer spring
op het ritme van de snoeiharde
godvergeten tirade die de
kutband door speakers
gelijkend mijn gal
de kamer ingooit

Mijn slappe piemel
valt niet meer
maar als een valse hond valt hij me aan
pakt me wordt hard en rood van woede

de gordijnen geopend ziet een vrouw me
met lederogen aan
en laat een hand haar broek inglijden
haar harige kut betastend
drukt haar tepel tegen doek

en terwijl ik lege bierflessen tegen de muur smijt
en spuug schreeuw
en aan het dotje schaamhaar trek
gutst zweet uit mijn oksles
over mijn doorspekte pens

De vrouw ruikt aan haar vinger
pakt de drol van de hond in een plastic zak
loopt weg in een drafje
ik pak het glas bier
en steek de scherven in mijn keel

vrijdag 30 juli 2010

uitgekauwd ligt de poëzie
als een mottenbaal
in de hoek van de straat te verpieteren
een kleinood
waar je tegenaan trapt
asl de gemeente veghel,
of het dorp waar jij je soms
miserabel en alleen voelt.

Een uilenbal misschien
want in de tijden van de grote
en de kleine
Vergilius en Alighieri
was er nog leven

Maar de wijze
vond de boekdrukkunst
misschien gelijk de zwerver
de mottenbal

als een meneer de uil
de poezie herkauwen
tot spuugdraden met botten

maar als uit DNA
een schaap kan komen
hernieuw ik
eenstaand
de poezie

dinsdag 27 juli 2010

Laat me toch
schreeuwde Antje
Jantje dacht niet meer
aan oversteken

Niettemiin zou hij zegevieren
opdat hij het kon
kon zwemmen
en varen en overtochten maken als geen ander

maar Antje weerhield Jantje
op het maken van zijn
oddysee

Het schrijven van zijn relaas
eindigde niet in de bagger
de grond
het slootwater dat stootte om de kin
de ogen in
hem zouden laten verdrinken

laat me toch zei Antje
terwijl ze verder wegdreef
op een provisorisch bootje
aan de kant van de lij
alwaar de zwartgesluierde
haar af kwam halen

jantje had geen mening meer
waar hij eers wilde staken
was nu geen uitvlucht meer
geen reden tot wachten en denken
geen reden om zichzelf te weerhouden
hijj zou weer houden van
en raken aan
terstonds sprong hij
van de witte kliffen
het wassende water haalde hem
naar beneden
door het slijk
de bagger
het onlosmakelijke water
vulde zijn broek
zijn zware klompen
zijn shirt
de ogen de neus de mond de maag
de longen

naast Antje in de boot
Lag Jantje geheel ontbloot

donderdag 22 juli 2010

huil maar lieve mens
ween om het verlies
of de onmacht
wat kunnen
behelst
met jou

lieve mens
ontuchtige
krijs het maar uit
aan dovemansoren
is noch geluid besteed
noch op deze plek'
rust

Als eens stilte
zo bewerkelijk
ben jij

dinsdag 20 juli 2010

Zojuist
Na 2 ½
Uur
Opsommingen
Van foto’s
Die flitsten
In bewegingen
van 1,3 seconden
Had ik het gehad

Een reuzenpad
Die gespietst
Onder water
Een cycloop
liet bloeden
onderwijl
er op land
Een schimmige
Donkerte zich
In de lucht vormde
Die met zich meebracht
Een vliegtuig
Voor de vracht
En die alles liet vallen
In een vlammenzee
Terwijl er een boot
Zonk naar de diepte
De zee in
Tegen het licht van
Dit alles
Was hij er nog altijd
Geladen met een
Futuristisch geweer
Die tevens als zwaard
Diende
Hij stak en schoot
Zijn vijanden
Terwijl hij grapjes
Maakte om
De vrouw
Die duidelijk
Gered moest
Worden gerust te stellen
Immers waren er slechts drieduizend
Vijanden
Die varieerden van trollen
Tot dwergen
En elfen op
Paarden
En reuzenpadden
Cyclopen
Draken
Pratende beren
En blauw getinte leeuwen
Met drie hoofden
En evenzoveel tanden
Maar vlijmscherp
De vrouw die
De situatie duidelijk
Inschatte
Als de fout van de man
Krijste als een vale kraai
Naar de man
In uiterste paniek
Koortsig als een hysterica
In een gemiddelde Dostojewski
Na een wissewasje
De flauwte haar nabij
Maar in deze tijd
Had ook zij de
Hoofden van een
Blauwe leeuw
Afgehakt
De cycloop ondertussen onder
Water
Had de poten van de pad
In zijn mond
En het beest onder water
Was als een geamputeerde
Aan het kermen
Totdat het schip
Hem bedolf
En tegen de modderige vlakte
Aanduwde
De cycloop
Stak zijn armen in het vuur
Dat midden op
Zee zijn toevlucht had
Genomen
En kennelijk vluchtte
Van het kabaal
Die een luchtdruk vormde
Om het vuur te doven
Het vliegtuig
Parkeerde zijn rotoren
Midden in de rug
Van het eenogige kolossale
Gedrocht
Het oog vloog
Romantisch
(en gelukkig even vertraagd)
Door het beeld
Recht op de drie D
Toeschouwers af
Waar sommige
Schreeuwden
En anderen dubbel
Lagen
De held had ondertussen
Een draak
Kunnen bemachtigen
Natuurlijk
Bereed hij het beest
Alsof het een
Makke ezel was
Die wist
Hoe de last te dragen

de overwinning was
nabij
zeker toen
het elitekorps der koning
het vliegtuig uitkwamen
en bepakt en bezakt met wapens
die inventief
Leonardo Da Vinci- achtig
Voorkwamen op mij
Maar afstaken tegen
De periode
Van vliegtuigen
Met rotoren

Dit was het omslag punt
Bij elke slag in een beest
Stond het beeld even stil
Benadrukte dat deze
Toch echt doodging
Kijk maar
*Sploink*
Gutsend waren
Evenwel
Heel veel onsmakelijke
Dingen te zien

Aan het begin van de film…… Rond minuut tien.

donderdag 15 juli 2010

Onlangs vroeg ik me af
waar al die sirenes
het bestaansrecht
toch vandaan hadden

In een semi-stad
of gewoon een
plek waar je
niet gestorven
wil worden
gevonden
of
in het geheel
niet
wil sterven
uitmergelen
en rouwen
boodschappen doen
eten
wandelen
nadenken
verblijven
uittreksels uit de GBA
opvragen
pissen
slapen
of Uberhaupt zijn

Onlangs dacht ik dat
dus
waarom zovele sirenes
zwaailichten
en verstoorde nachtrust

Ik vroeg het mijn vrouw
die mij van repliek
diende
in de vorm van
waar ik des godesnaam
en zijner engelen der vergelding
aan dacht

aan sirenes dus
en waarom niet gewoon
1 in de maand
waarom gelijkend
een serie
te New York
LA
of mijn part
dat eeuwig vergulde
BERLIN

Het antwoord
ontfutselde ik haar
niet meteen
later overigens
ook niet
dat gespreksonderwerp
was immers afgesneden
als de kont van een ui
alvorens de versnippering


Alles bleef onbeantwoord
tot ik liep
langs het bejaardentehuis
alwaar op de
zogenaamde Parking

een bushalte vond
louter aangelegd
voor de dood.

donderdag 17 juni 2010

Ik zat aan het bier
Das pop verzorgde een feestje
in mijn koppie

Het zonnetje van de avond
scheen door dubbel glas

ik smste er op los
naar knakkers van vroeger

Het weet je nog gehalte nam toe


met blik 3...



op de telefoon
scheen de avondzon met me mee
In het overlijden van de ochtend
School geen enkele vorm van warmte
Enkel kilte tot het bot
wat leidde tot een oncontroleerbaar rillen

Terwijl het rouwproces in volle gang was
probeerde een flets zonnetje
kolderiek uit de hoek te komen
maar slechts een enkeling
apprecieerden de grap

Toen de ochtend volledig opgestookt was
scheen de zon toch onverwacht grappig te zijn
met de eerste lach en proost
trad hij verder op de voorgrond
en nam het rillen af.
Vlak voor het onweer
teringachtig geel
misschien de oksels in een shirt
Hageltje wit met een randje

Maar de dreiging kwam
van de druk die gezet werd
met de toon
van "Hunting Bears"
Op "Amnesiac"
van "Radiohead"
op mijn I-pod

Het probleemlevergeel
werd een Mazda-grijs palet
die de koppeling op liet komen

Met een kwieke slag
Werd het striemende fluitconcert
begeleid door de knalpijp
van antraciet
Nors was een understatement
Het humeur van de man
drukte als een zwaarlijvige
logge ouwe man
op mijn schoot
in zijn fuctie
als stempelaar en
professioneel gasgever
was genot hem vreemd
Karakter, stoïceins
gemoedstoestand aan
één stuk apatisch

Nu alles schokte
optrok, schudde
Klotste, Butste
woog op de weg

Kon ik bloedhekel
aan de man
niet meer onder
de zitbanken proppen
en reste mij niets anders
dan een inwndige
tirade tegen de menselijkheid.

woensdag 16 juni 2010

Als een kaartje uit New York
gaf het meisje mij een kus
de blondine met blauwe ogen
sloeg als een komeet in

de krater op mijn wang
brandde na
tot laat op de avond
waar roodomrande lippen tuitte

met tomatensap
in een glas
wodka en tabasco saus
dronk ik de pijn in moed

maar evenals
de ansicht uit New York
was het plaatje
slechts een herinnering
dat zo ooit nog aan me
dacht

donderdag 10 juni 2010

als uitlaatklep had
de humor de overhand
gekregen
als een snerpende parkiet
was ik hinderlijk aanwezig
niet te sussen met een deken
over mijn veren geslagen

Het bloedrood in de ogen
van de kokende cursisten
die mij met messen bewerkte
en bebloed lieten sterven
die wilde moorden
verminken
scalperen
verwonden
onthoofden
aanvliegen
die wilden die
in een cirkel om
de kooi van de parkiet
pookte met pennen
en weetjes
en kennis
mij het zwijgen oplegde
haatte
verachten
me...

Ik schreef
wat woorden in
een nasaal geluid
geknepen in de
hand zat een
zwetende pen
die lekte op
het blad
na een verstopping

donderdag 13 mei 2010

Victor kon het niet helpen
in de smetteloze kamer
zat een kleine kier
net boven een strakwit
muur en plint-geheel

Het prikte hem,
stak hem denegreerde
betrapte sneeuw
of je dochter die
je hoort neuken in
een kamer naast je


en dat barstje wat
een wereld opent
die er niet was
schreeuwde om
kit
liefst wit

zondag 9 mei 2010

Uiteindelijk draait die wereld
om een as
die as staat vast
als een botte erectie
op viagra
en misschien wel andere mediceinen
die van wijken
geen weet hebben
of althans die
weet weten te negeren

Op het moment
dat de drugs is uitgewerkt
en de "High"
een slappe lul wordt
dan is het met ons gedaan

donderdag 29 april 2010

symboolpolitiek

Kortom zou je kunnen zeggen
"concluderen zeg maar"
dat al het gepraat
de overredingskracht
en het overmatig gebruik
van handsymboliek
mij de open houding verschafte
die mij inclusief modieuze bril
warrig, donker krullend haar
geschoren koppie een baan bezorgde
links van het midden

Waar ik oreerde met een
bloedende neus en spuugklodders
afgaf aan de toehoorder
die broedde op plannetjes
om de baan in het midden
te bezetten
en zich gedragend als een Vichy-Fransman
of makke Catalaan zich verzekerde
tegen de frisse wind
die over de oceaan
buitenlandse ideeën bracht
en zich schikte in de moraal
die de dag bracht
en wegstoof met het draaien van de wind
die over mijn hoofd blies
op het podium der arbeiders
en de stof wegwoei van de
bril, in een keurige scheiding
mijn kapsel bracht
op de dag des oordeels

Ritje naar china

Bij de eerste sigaret
bij het krieken van de
jeugd
op een stiekeme plaats
downtown in het centrum'
werd er dubbelop met
angst opgegaan
als de rook

toen junkies met
de lego kwamen, een pijpje
en zilverpapier
waren wij gelijkgestemden

Geurend naar Chinese rook
en de "nam ik aan"
gebronsde huid op
een mediteraan zeegezicht
opende een strontbevlekte hand

nam ik het schip aan
voor de sigaret die ik
er aan besteedde
de eerst volwassen
transactie een feit

de motor startend
voer ik naar China
als een echte piraat
op een plastieke legoboot
die wegdreef
naar een bewoonde wereld

Busrit

Een log zweterig lichaam
met haar dat aan de wortel
net was, was nat
Klonters pritstift
uitgroei, uitgelopen
ongewassen, blonde haren

Terwijl de bus reedt
gleed haar been tegen
mijn tere heup
Het klamme zweterige
rood aangelopen lichaam
perstte het vocht
miniskuule gaatjes overliepen
mijn walging
het warme been
duwde en stuwde
met het schokken
trillen en schudden
van de bus

De vervoering
onder het doek
scheidde mijn lichaam
vocht af gelijk het hare
met mijn hand op haar dij
eindigde de rit

woensdag 21 april 2010

Mijn zoon

voortplanten
Bassobot 1.2

die versie is een synoniem
voor een vleesgeworden pastei
waar jij je vingers bij oplikt

alleen zijn borstkas is maar een flard
van de waanzin van de ouwe Gogh

Zijn billen hetzelfde
de lelies van Monet
zijn
hoofdje
Het MOMA, Guggenheim en het Central park ineen
Zijn roede
het Imperium Staat
en waar hij gaat
valt niemand om

maandag 19 april 2010

mijn eerste ontbijt

Een vleespasteitje
rookte vers uit de oven
de geur soepachtig
de kleur een afgebakken zondagochtend
met wat sap uiteraard

op een wit bordje
verplaatste het eten zich
op een rood servetje
met een zilveren vork
en een blinkend mesje

Op de okeren tafel
waar een kleed op lag
en een potje met koffie
die rookte eveneens
als het broodje uit de oven.

zondag 18 april 2010

Bende

een
stapel
boek-
en,
her





en der

losse dvd's
ontdaan van hoesjes die verspreid
liggen te verstoffen
een paar sokken op de bank
een tijdschift op een stoel
naast de I-pod, en de externe harde schijf
Op de tafel, een leeg zakje chips
een verschaald glas
met restanten caramel
een stroopachtige substantie
verpakkingen van de marsfabriek
in het Veghelse...
een flesje bier
bezijden de rondslingerende schoenen
een pinpas in tweeën...
ik pin pas, borden met pizzakorsten
kruimels in duizenden op de grond
aangekoekte klodders
zompige mayonaise

De kast openrukkend
veger pakkend
stofzuiger in het contact
bleekmiddel, allesreiniger
stoffer en blik, plumeau
nu alles is opgeruimd, is het zaak(!) "geld"
te verdienen

Een rok in barok

Ze wist alles te versjteren
een ontspannen avond op de bank
eindigde steevast in een dogmatisch
onderonsje
waarin ik de buitengeslotene was

Vrees voor de aanstaande avond
was onontkoombaar
Een avond vol zwierige stoffen
die krulde op de luchtstromingen

Eenmaal binnen waar zij
rokend uit haar mond een buiging maakte
scheurde er iets in het rokkostuum
van de heer tegenover mij
zij konden het goed vinden

wat er toen gebeurde laat zich raden

dinsdag 13 april 2010

Bella

de vrouw dartelde over straat
een bloemetjesjurk uit een Italiaanse film
benen verwijzend de satijnen glans
over een zomernacht

kaseien glinsterde in de zon
en menig mannenhoofd keerde zich
naar de voortbewegende voeten
benen heupen en billen van de vrouw

de zwarte lange manen sprongen als
een jonge pony in het rond
de mannen trappelde met hun benen
op de terassen die dankzij het zomerweer
gevuld waren zoals het eerste vliegtuig naar de zon

terwijl zij vol lust en verlangen
naar de vrouw staarde
zei er een in het platste stukje vuige taalgebruik
we unne gratenlat! gift mij der mar ene mee we spek
om durre reet!


de stem kreeg geen reactie
geen lach en geen meewarige blik
alleen de vrouw die het aanhoorde
hief haar rokken, bukte met een ode aan de zon

zondag 11 april 2010

Om van fruitvliegjes af te komen

Om van fruitvliegjes af te komen

De ogenschijnlijke dronkenlamp
had last van fruitvliegjes
in een radius van het gistingsproces
waren er duizenden
circulerend om de vruchten van zijn schoot

Bij die verschrompelde pruimen
was er niet veel te beginnen
want het zaad ter vermeerdering
na de 1001ste fruitvlieg stopgezet
als een laatste ademstoot
blokte hij de contra-contra-aanval
en legde het bijltje er bij neer

donderdag 8 april 2010

Ladies night

Oh schone Deerne
uwer haren net glans
betast mijn aurora
en proef van mijn krans


Tsja dacht ik toen
ik dit alles
voorlas onder
een striemend fluitconcert
voor een zaal lesbiënnes
met her en der een androgeen
Ladies night zal zelden
onder zo'n kabaal
begonnen zijn.

en onderwijl ik de zaal betichtte
vloog er een "lul!" door de zaal

Senna

De donkere wijn
door de aders
van het nageslacht

pompte als een gierende
formule 1 wagen
uit de bocht

dinsdag 6 april 2010

Via velen omwegen

De connectie is simpel
als ik een sigaret ga roken
buiten het kantoor
is er een man
die een vrouw kent
die vrouw weet van de jongen
die een moeder heeft
die moeder heeft een dossier
van dat dossier ben ik gevlucht
met een sigaret
tijdens het roken
buiten het kantoor
ontvang ik een bericht
op de GSM
van de moeder van de jongen
waarvan de vrouw weet heeft
zo blijkt van de man
die ik passeer
terwijl ik rook

maandag 5 april 2010

Trechter

Ze had twee varkensoren op haar hoofd
Een decolleté die uitmondde
In de delta van de Tanger

Bezweet met een glas bier
Schudde er druppels vet vocht
Uit heur haren

Ze stortte zich op elke man
Hijgend in de oren
Bevlekkend met spuug en stank

Vochten de mannen en jongens
Zich vrij uit haar schacht

Gelijk de Tanger delta
Op een perkamenten atlas
Tijdens carnaval

Zielig gezicht met reden

Voor het doek
had ik mijn twijfels
over de kleur
maar de eerste striem
toegebracht
deed stof opwaaien
en terwijl ik
zoals dat heet
compleet losging
strooide ik chemicaliën
en kleuren
in een combinatie van hoop en vrees
grensverleggend


binnen het kader :-(

zondag 4 april 2010

Een tussendoortje

(een tussendoortje)

In de keuken
zat een man met een krant
een vrouw deed de vaat

Clara, zei Henk
Ik heb zin je te neuken
De vrouw keek om
hief haar rokken
ontdeed zich van
haar katoenen onderbroek

als een legpuzzel
schoven ze in elkaar
hydrolisch als een ja-knikker
schommelde de vlezige heupen
over Henk heen

Na luttele seconden
pakte Henk zijn laatste katern
de theedoek had zijn vaste plek
niet verloren

Rond kerstmis

Een gedekte tafel
een scenario voor het volgende:

terwijl de aardappels
goudgeel waren
waren de ogen van de vrouw
roodomrand
het dode en opengereten dier
lag er mooi bij
Hoe het ook zij was dat niet
de ervaring van de man
noch het rouwende kind.

No. 1.

Omdat hij me als veelvraat ziet
een soort stoomlocomotief
of een oplegger
probeerde ik te minderen

de ochtend ging prima
maar eenmaal buiten in de bourgeoisie
het geluid van trippelende hakjes
en voorbijstampende kindervoeten
werd het me te veel

In een steegje wachtte ik op een passant
Mijn gestalte deed het dametje schrikken
ze krijste hard, weende urine van angst
de idee was me in te houden